De onderwijszorgklas (OZK) is een arrangement opgezet in samenwerking met SWV Fultura, VSO Sneek en Gemeente Súdwest Fryslân. De OZK is bedoeld voor leerlingen die onvoldoende profiteren van het huidige onderwijsaanbod binnen SWV Fultura, of leerlingen die (nog) niet volledig naar school kunnen gaan en een intensieve ondersteuningsbehoefte hebben. Het gaat daarbij om leerlingen die gestagneerd zijn in hun onderwijsproces en waarvoor de stap naar het reguliere onderwijsaanbod (VO en VSO) te groot is. De OZK beoogt het aantal thuiszitters terug te dringen door de drempel naar school te verlagen en daarmee de stap tussen thuis- en op school zitten te verkleinen.
Het biedt een veilige beginsituatie in een onderwijssetting waar maatwerk gerealiseerd kan worden om op die manier de leerling te ondersteunen in het maken van ontwikkelingsstappen richting onderwijs binnen een VO- of VSO-setting.
Om toegelaten te kunnen worden tot de OZK moet een leerling ontwikkelmogelijkheid hebben op het gebied van schools leren, sociaal-emotioneel leren en gedragsmatig leren, waarbij de verwachting is dat (gedeeltelijke) doorstroom naar een reguliere VO-klas of VSO-klas haalbaar is. Wanneer er nog geen hulpverleners betrokken zijn en dit blijkt nodig te zijn om ontwikkelstappen te kunnen zetten, dan wordt van ouders/verzorgers en de leerling verwacht dat zij open staan voor betrokkenheid van een hulpverlenende instantie.
In de OZK heeft iedere leerling een individueel ontwikkelingsperspectiefplan (OPP). Dit is een document waarin het doel van de plaatsing in deze klas beschreven staat, evenals de subdoelen om dit hoofddoel te bereiken. Het OPP bevat de volgende informatie:
- Contactgegevens van alle betrokkenen;
- Uitstroomperspectief
- Rooster van de leerling en eventueel uitbouwplan van het rooster.
- Doelen en hoe de doelen bereikt gaan worden (handelingsgericht werken);
- De rol van de betrokkenen bij de te behalen doelen;
- Evaluatiedata;
- Doel evaluaties
Afspraken over een onderwijszorgtraject worden altijd samen met de leerling, ouders/verzorgers, betrokken hulpverleners en gemeente gemaakt (bv. Schoolmaatschappelijk werk, Centrum Jeugd en Gezin, Leerplichtambtenaar) en de afspraken worden vastgelegd in het OPP.
Wanneer een leerling ernstig vastloopt binnen de school van herkomst en er geen alternatief passend onderwijsaanbod is of wanneer een leerling thuiszit en de stap terug naar een schoolse setting moet maken kan een aanmelding bij de OZK overwogen worden.
De beslissing of een leerling plaatsbaar is in de OZK ligt altijd bij een onafhankelijke commissie: het expertiseteam OZK. Dit team bestaat uit een intern begeleider (RENN4), een orthopedagoog (Fultura) en een schoolmaatschappelijk werker (Gemeente).
Op het moment dat een reguliere VO school handelingsverlegen is en de mogelijkheden voor basis- en extra ondersteuning binnen de school onvoldoende blijkt om tegemoet te komen aan de ondersteuningsbehoefte van de leerling, zal men opschalen naar het samenwerkingsverband in de vorm van een Onderwijs-Zorg-Overleg (OZO) of een plaatsing bij het OPDC. Vanuit beide organen kan het advies gegeven worden om een aanmelding bij de OZK te doen. De school meldt de leerling dan aan via het aanmeldformulier in Indigo.
Het VSO kan een aanmelding doen bij het expertiseteam OZK wanneer een leerling binnen deze specialistische setting onvoldoende tot ontwikkeling komt of uitvalt. Daarnaast kan het VSO een aanmelding doen bij het expertiseteam OZK wanneer een nieuwe leerling bij het VSO wordt aangemeld waarvan de Commissie van Begeleiding (CvB) oordeelt dat VSO niet kan voldoen aan de ondersteuningsbehoefte van deze leerling. Een verhuis leerling of een jongere met een (tijdelijke) onderwijsontheffing die toe is aan een stap richting onderwijs kan via een onderwijsconsulent van het samenwerkingsverband worden aangemeld bij de OZK.
Binnen de onderwijszorgklas is geen vaste periode afgesproken waarbinnen een leerling moet uitstromen. De periode dat de leerling in de onderwijszorgklas zit is dus afhankelijk van het opgestelde perspectief en de vastgelegde doelen en hoe snel dit wordt bereikt. Er wordt met hoge regelmaat geëvalueerd, in eerste instantie om de acht weken. Bij de evaluatie wordt steeds gekeken of het rooster uitgebreid kan worden, of het perspectief helder is en of de leerling mogelijk (deels) kan schakelen naar een andere klas, onderwijsvorm, stage of dagbestedingsplek.